Arlberg grossiert met sportiviteit én geschiedenis
OK, de skisport is ‘uitgevonden’ in het Noorse Telemark. Maar de échte ontwikkeling én de basis voor de internationale doorbraak vond plaats op en rond de Oostenrijkse Arlberg. Het is er vandaag nog altijd zalig skiën, gekruid met een mix van geschiedenis, een school, een club, een resem toevalligheden én (zeer) goede wijn. We reizen naar Sankt-Anton om het verhaal in beeld te brengen.
Der Anton aus Tirol? Been there, seen that. Deze keer kiezen we resoluut voor de scheidslijn tussen Tirol en Vorarlberg in Oostenrijk. We reizen naar Sankt-Anton am Arlberg. Hier ontstond in 1901 de allereerste skiclub van Europa. Opgericht door een groepje fanatici, in de kroeg van het Arlberg Hospiz in het naburige Sankt-Christoph, vandaag goed voor vijfsterrenluxe op 1800 meter hoogte, een hotel waar ‘de gast koning is, en de koning te gast’.
Maar laten we skiën! Sneeuw die gekleurd is met Saharazand: het is voor de inwoners van Sankt-Anton én voor ons een primeur. De pistes van dit skidorp, aan de Tiroolse zijde van de Arlberg, liggen er wat mistroostig bij, in een kleur die niet echt winterse sferen oproept. Maar eerlijk is eerlijk: Saharazand vond zijn weg naar centraal-Europa, en daalde onder andere naar beneden over de Alpen. Soit, we razen over de pistes van de Valluga, Kapall en Rendl alsof ons leven ervan afhangt. Thomas Kleinlercher – aka ‘Powder Tom’ – wijst ons de weg. Op de Kapall stoeltjeslift hijgt hij: ’80% van mijn tijd gids ik goede tot zeer goede skiërs door het quasi onmetelijke offpiste gebied van de Arlberg. Maar soms doet het nog eens deugd om òp de pistes te skiën.’
Hors-piste
Sankt-Anton vormt samen met Sankt-Christoph, Lech, Zürs en Stuben het Arlberg-skigebied. Zonder schroom durven we daarvan zeggen: dit is het beste skigebied ter wereld voor wie gemiddeld tot goed kan skiën. Meer dan 300 kilometer pistes en 88 skiliften ontsluiten een gebied dat eindeloos lijkt. En voor wie dit nog te weinig vindt: de Arlberg is een paradijs voor wie graag buiten de lijntjes kleurt en een zwak heeft voor freeriding. Powder Tom legt uit hoe dat komt: “Met relatief weinig inspanning kan je hier buiten de pistes skiën. Meestal volstaat het om een toplift te nemen, een honderdtal meter te stappen en door een couloir weg te glijden. Zonder al te veel moeite kan je op die manier onaangeroerde poedersneeuwafdalingen maken van 800 tot 1200 meter lang.”
De bekendste van de hele reeks beroemde hors-piste afdalingen is ongetwijfeld de Valluga. Vanop de top van de – op zich al erg spectaculaire – Vallugalift, ongeveer op 2800 meter, daal je de kom af die je naar Zürs brengt. Een andere klassieker in het ‘buiten-de-piste-genre’ is de Rendl-afdaling: we weten het, want we braken er zo’n tien jaar geleden letterlijk onze nek. We zijn vandaag nog altijd blij dat we dat kunnen navertellen, en houden nog altijd evenveel van skiën buiten de piste.
Hannes Schneider
Alleen: tijdens ons bezoek is de sneeuwconditie niet optimaal. Koud ’s nachts, net iets te warm overdag. We zijn dan ook al eind maart. Dus houden we ons netjes aan de voorgeschreven pistes. En dat is best goed, want het niveau van de pistes is uitstekend. Met Powder Tom nemen we de Gampenlift vanuit Sankt-Anton, skiën een heleboel pistes en gaan dan een koffie drinken in de leuke Kapallhut. Daar vertelt de gids in kleuren en geuren over ‘zijn’ Arlberg. Gasten komen uit alle windstreken van de wereld om hier te skiën. “Ik heb zelfs Chinezen en Brazilianen die onder mijn begeleiding hun mooiste wedellijntjes willen trekken in de droge poedersneeuw.”
Terecht wordt de Arlberg als de ‘wieg van het moderne skiën’ beschouwd, ook al is het skiën eigenlijk in het Noorse Telemark uitgevonden. Skitechnisch heeft de Arlberg vooral veel te danken aan Hannes Schneider. Deze legendarische skileraar uit de eerste helft van de twintigste eeuw werd geboren in Stuben, aan de westelijke zijde van de Arlberg. Vanuit hotel Post in Sankt-Anton revolutionariseerde hij de skitechniek (hij introduceerde onder andere de ploegbocht). Tussen de twee wereldoorlogen maakte hij skifilms, werd hij beroemd en nam zijn skischool een enorme vlucht. Hij ging zelfs enkele winters in Japan aan de slag als skileraar. Omwille van zijn Nazikritiek vluchtte hij in 1939 naar Amerika, waar hij tot zijn dood in 1955 bleef wonen. Wat we aan hem te danken hebben? Powder Tom moet niet lang nadenken: “Behalve zijn invloed voor de Arlberg is hij vooral van onschatbaar belang voor de moderne skitechniek. Schneider deed het skiën evolueren van ‘verplaatsingsmiddel’ naar echte sport.”
Lid van de club?
En die sport heeft in Sankt-Anton ook voor een absoluut unieke skiclub gezorgd: de Arlberg Skiclub. Schneider richtte die in 1901 op: meteen de oudste skiclub ter wereld. Vandaag telt de legendarische club meer dan negenduizend leden uit zestig landen. Naar verluidt is er zelfs een Afrikaanse priester lid die niet of amper kan skiën. Wilma Himmelfreundpointer, onderdirecteur van de toeristische dienst van Sankt-Anton, zit mee in het bestuur van de club. “Père Auguste uit Tanzania kan inderdaad niet skiën, maar wilde lid van onze club worden: zo groot is onze aantrekkingskracht. Aan een Stammtisch nemen we nieuwe leden aan. Die krijgen het recht om de exclusieve pins én trui in grijs-wit-rode kleuren aan te trekken.”
We zetten onze skitocht door het zalige skigebied verder, flaneren tegen hoge snelheid tussen Stuben, Sankt-Christoph en Sankt-Anton. We houden even halt bij de Sennhütte, niet ver van het centrum van Sankt-Anton. We raken er aan de praat met Tanja Senn, wirtin én vrouwelijke schnapssommelier. Ze maakt met lef en durf een aantal bijzonder smakelijke schnapsen. We mogen proeven, o zaligheid.
Ondertussen eet Powder Tom snel zijn bord leeg: “Ik kom uit een boerengezin. Als je niet rap at, namen de anderen kinderen je eten af.” Met rust en genot proeven we ondertussen van de vele schnapssoorten die Tanja in het assortiment heeft. Nadien skiën we wat voorzichtiger dan gewoonlijk naar het levendige dorpscentrum van Sankt-Anton. De schnaps zweten we uit in de sauna van Hotel Schwarzer Adler.
Kandahar
In 1928 vond in Sankt-Anton de allereerste Kandahar-skirace plaats. Dat is een slalomrace die georganiseerd werd door Hannes Schneider in samenwerking met een Britse skiclub die de race de naam gaf van commandant Fredrick Roberts, earl of Kandahar. Tegenwoordig worden er op meerdere plaatsen Kandahars georganiseerd, maar eens te meer duidt de mythische Kandahar op het onschatbaar belang van Schneider, zijn skiclub én Sankt-Anton voor de moderne skisport.
Nu skiën we langs de Galziggondel naar Sankt-Christoph. Alweer zo’n plaats die kreunt onder de geschiedenis. Dit is de thuisbasis van de familie Werner. Vader Adi gaaf zijn zoon Florian enkele jaren het roer over van het Hospiz: het hoogste vijfsterrenhotel van Europa. Het barst van de geschiedenis, en combineert elegantie met geschiedenis. De flamboyante ere-directeur Adi Werner is wereldwijd beroemd omwille van zijn wijnkelder die tsjokvol magnumflessen Bordeaux zit. Fijntjes zegt hij: “Wijn is als vrouwen, er zijn er goede en heel goede”. Zijn zoon Florian is de huidige hotelmanager en katte het hotel om tot een verzamelplaats voor hedendaagse kunst. Grote luxe zonder protserig gedoe. Maar momenteel houdt het luxehotel de deuren gesloten. Er komt een grondige herbouwing en pas in 2023 zou het Hospiz opnieuw uit zijn as herrijzen.
Het hotel is ook de zetel van de ‘Bruderschaft Sankt Christoph. Meer dan zeshonderd jaar geleden richtte Heinrich Findelkind hier een opvang op voor gestrande en vermoeide reizigers die de Arlberg in oostelijke of westelijke richting wilden oversteken. Heinrich was een vondeling en varkenshoeder. Van de koning kreeg hij een stukje grond om er zijn herberg, een hospies, te bouwen. Van Paus Bonifacius IX kreeg hij het recht om het ‘Bruderschaft Sankt Christoph’ op te richten. Vandaag bestaat het Bruderschaft nog altijd, en schenkt het nog altijd massa’s euro’s aan liefdadigheidswerk. En het hospies is uitgegroeid tot een hotel van wereldniveau. Zelfs Vladimir Putin kwam hier enkele jaren na elkaar skiën: de kerel eiste zowat het halve hotel voor zichzelf en zijn entourage op. Maar vandaag is zijn foto weggehaald van de ‘wall of fame’. Die muur vol beroemdheden siert de trap naar de – alweer een superlatief! – wereldberoemde wijnkelder van Adi Werner, in het Hospiz Alm, een dépéndance van het hotel én een zalige plek om ’s middags een schnitzel te eten en een glas Grüner Veltliner te nippen, tussen twee skipistes in.
Zelf klikken we onze ski’s weer aan en haasten ons terug naar Sankt-Anton, aan de oostkant van deze wereldberoemde Arlberg.
Meer info via: www.stantonamarlberg.com // www.arlberg.net // www.skiclubarlberg.at
Tekst: Aart De Zitter // Foto’s: Thomas De Boever